Minke Booij: “Die erkenning en waardering verdienen ze”

Minke Booij vertrekt per 1 september als manager vrouwenvoetbal bij de KNVB. Na het EK, dat in Nederland wordt gehouden, zal Booij aan de slag gaan als directeur van Spieren voor Spieren. “Ik zit nu twee jaar bij de KNVB en zal niet ontkennen dat het twee intensieve jaren zijn geweest. Maar het was ook hartstikke leerzaam en interessant om een kijkje te kunnen nemen in de voetbalwereld, waar ik zelf niet in ben opgegroeid. Ik heb er dan ook geen seconde spijt van,” vertelt Booij in een exclusief gesprek met vrouwenvoetbalnieuws.nl over haar tijd bij de Nederlandse voetbalbond.

“Ik zet mij altijd voor de volle honderd procent in, anders doe ik iets niet,” vertelt Booij, die zo’n twee en een half jaar geleden begon als manager vrouwenvoetbal bij de KNVB om zichzelf toe te leggen op de ontwikkeling van het meiden- en vrouwenvoetbal in zowel de breedte- als topsport. Haar ervaring in de hockeywereld als Olympisch- en wereldkampioen is volgens de toenmalig technisch manager van de KNVB, Jelle Goes, een van de redenen geweest om Booij aan te stellen in een functie die haar vruchten rijkelijk afwerpt.

“De afgelopen tijd hebben wij zeker stappen gezet. Met het EK van 2009 is er iets heel moois in gang gezet voor het vrouwenvoetbal in Nederland. Alleen zitten wij nu in 2017, en op die prestatie kan je niet blijven teren. Je moet stappen blijven maken. Kijkend naar de ontwikkeling aan de onderkant nemen de aantallen elk jaar ontzettend toe. Maar dat moet wel in goede banen worden geleid. Ook in de breedte zijn wij nu bezig met een plan waardoor we de clubs meer kunnen gaan helpen met het uitvoeren van een pro-actief beleid. Elk meisje of vrouw die geniet van voetbal, of ze nou een recreant of een talent is, moet in staat worden gebracht om een club te kunnen vinden die bij haar past. Verder denk ik dat we met Oranje ook goede stappen hebben gezet. De meiden zetten goede resultaten neer tegen Europese topploegen, zoals Zweden, en spelen nu al meer vanuit eigen kracht.”

Naast de ontwikkeling van het meiden- en vrouwenvoetbal in de breedte- en topsport heeft Booij zich sinds haar aanstelling ook beziggehouden met talentontwikkeling. Oranje O17 en Oranje O19 hebben zich voor het eerst samen weten te plaatsen voor een EK. Op beide teams staan oud-internationals in de persoon van respectievelijk Marleen Wissink en Jessica Torny. “Twee jonge vrouwen die ambitieus en talentvol zijn, hebben een kans gekregen om zich samen met een goede staf te ontwikkelen als trainer. Dat is hartstikke leuk om te zien,” aldus Booij.

De prestaties van de jeugdelftallen bevestigt het beeld dat het vrouwenvoetbal in Nederland in de lift zit. Recentelijk concludeerde een onderzoek van het Mulier Instituut dat het aantal vrouwelijke leden bij de KNVB in de afgelopen tien jaar met ruim 65.000 is toegenomen tot bijna 150.000 leden. De voetbalbond had daarmee de grootste vrouwelijke aanwas van alle sportbonden en het aantal leden in Nederland blijft toenemen.

Als manager vrouwenvoetbal heeft Booij daar als geen ander mee te maken, al is ze slechts, in haar eigen woorden, de aanjager geweest van die groei. “Uiteindelijk gaat het om al die mensen die erbij betrokken zijn: de speelsters en de clubs. Die moeten het oppakken en dat hebben ze ook heel goed gedaan. Het enige wat ik kan doen, is de aanjager zijn en af en toe vertellen hoe het in andere sporten eraan toegaat. Ook leg ik soms bepaalde verwachtingen wat anders neer. In het voetbal draait het allemaal zoveel om geld. Dat is in de andere sporten in Nederland niet het geval. Daar staat alles in het teken om het beste uit jezelf te halen. Dat het daarover gaat in de sport, heb ik als een soort mantra elke dag maar herhaald. Het gaat er namelijk om dat de meiden en vrouwen in het voetbal serieus genomen worden en dat ze het gevoel krijgen dat alles voor hen mogelijk is.”

Het aankomende EK moet ervoor gaan zorgen dat het vrouwenvoetbal in een klap op de kaart wordt gezet. Gedurende de resterende vier maanden dat Booij in dienst van de Nederlandse voetbalbond is, zullen de pijlen dan ook gericht zijn op het Europese toernooi. “Ik hoop dat in Nederland de fans en sportliefhebbers gaan zien en begrijpen dat het vrouwenvoetbal in Nederland op topniveau wordt gespeeld. De speelsters zijn absolute topsporters en tot op het bot gedreven om het beste uit zichzelf te halen,” geeft Booij aan. “Die erkenning en waardering verdienen zij. Ook hoop ik dat het voor de clubs een echt doel gaat worden om het vrouwenvoetbal binnen de vereniging op een goede manier te integreren. Het hoort niet zo te zijn dat er zogenaamde vrouwenclubs ontstaan, maar dat binnen alle clubs vrouwen gezien worden als toegevoegde waarde. De clubs moeten gaan inzien hoe gaaf het is als je de sport voetbal ook aanbiedt aan meiden en vrouwen.”

Op gepassioneerde wijze vertelt Booij over het vrouwenvoetbal en de verschillen tussen het zijn van een topsporter en een professional in een bepaalde sport. “Ik sprak laatst een sporter die olympisch goud heeft gewonnen, waarna heel Nederland massaal op de banken staat. Dat meisje is nu echt niet financieel onafhankelijk. Zo werkt het namelijk niet in de sport in Nederland. Zij moet ook echt gewoon nog op zoek naar sponsoren en mensen die haar steunen om haar volgende droom weer waar te kunnen maken. Topsporters beoefenen de sport puur vanuit een intrinsieke motivatie om het beste uit jezelf te halen.”

Doordat het EK de laatste grote klus van Booij zal worden, leeft de oud-tophockeyster er wel op een andere manier naartoe. “Wetende dat het na het EK klaar is, betekent dat sommige dingen sneller moeten zullen gebeuren. Ik zal dus de komende tijd mijn speerpunten gaan kiezen om het werk goed af te kunnen ronden. Zo kan ik alle werkzaamheden zo goed mogelijk achterlaten als ik in september vertrek. Als je uiteindelijk weet dat je gaat stoppen, dan ga je ook intenser genieten. Ik heb nu als doelstelling dat het EK echt moet gaan fungeren als hét podium voor het vrouwenvoetbal. Iedereen moet in feite na afloop van het toernooi de OranjeLeeuwinnen kennen. De speelsters verdienen het om gewaardeerd en serieus genomen te worden. Uiteraard helpt sportief succes daar enorm bij. Maar ik heb nu de taak om duidelijk te maken hoe het vrouwenvoetbal in elkaar zit. Toen ik foto’s aan Maartje Paumen (Nederlands hockeyicoon) liet zien van het WK in Canada en het stadion in Edmonton, gevuld met vijftigduizend mensen, sloeg ze steil achterover. Ik hoop gewoon dat we dát er bij mensen in Nederland in kunnen krijgen. Dat ze wakker worden en denken ‘over het vrouwenvoetbal doen we weleens lacherig, maar dat is gewoon heel onterecht’.”

Het bericht Minke Booij: “Die erkenning en waardering verdienen ze” verscheen eerst op Vrouwenvoetbalnieuws.